Sportdeelname Index (SDI) april 2023: Kinderen en jongeren met ernstige beperking sporten steeds minder
Uit het halfjaarlijkse onderzoek van Fonds Gehandicaptensport en NOC*NSF blijkt dat de sportdeelname van mensen met een beperking nog steeds achterblijft ten opzichte van landelijke gemiddelden. In het onderzoek wordt de sport- en beweegdeelname van mensen in de leeftijd van 5-80 jaar met zowel een lichte, matige als zware (ervaren) beperking in kaart gebracht. Onder jongeren met een matige en ernstige beperking is de sportdeelname het sterkst afgenomen. Hoewel de sociale omgeving voor mensen met een beperking van grote invloed kan zijn om (meer) te gaan sporten, lukt het desondanks niet om met behulp van deze directe relaties succes te boeken.
Daarnaast zijn voor mensen met een ernstige beperking de zorgprofessionals van grote invloed om in beweging te komen of om te gaan sporten. Meer aandacht is daarom nodig om de zorg en sport succesvol aan elkaar te verbinden. Uit het onderzoek blijkt ook dat ongeorganiseerde en incidenteel te beoefenen sporten het nog altijd goed doet onder deze groep. Deze conclusies zien we terug in onderstaande aspecten.
Nog steeds voldoen mensen met een beperking minder vaak aan de beweegnorm dan landelijk.
Het percentage dat voldoet aan de sport- en beweegnorm daalt met de mate van ervaren belemmering. De meest populaire sport- en beweegactiviteiten zijn fitness, wandelen en zwemmen. Deze populariteit is bij zowel mensen met een beperking als in de rest van Nederland vrijwel gelijk.
Mensen met een beperking sporten en bewegen op minder soorten manieren en beperken zich tot één vorm.
De Nederlandse bevolking sport en beweegt in meerdere vormen, bijvoorbeeld als lid van een sportvereniging én als lid bij een sportschool. Naarmate mensen een zwaardere beperking hebben, worden de manieren om te sporten ook beperkter, vermindert het aanbod en gaan mensen slechts op één manier sporten. Bijvoorbeeld uitsluitend bij een revalidatiecentrum of uitsluitend bij een vereniging.
Sociale omgeving van mensen met een beperking bepalend voor hun sport- en beweeggedrag.
Om mensen met een beperking in beweging en aan het sporten te krijgen, is hun sociale omgeving van groot belang. Vooral mensen met een lichte of matige beperking geven aan dat hun partner, vrienden of ouders hun kunnen aanmoedigen om (vaker) te gaan sporten. Mensen met een ernstige beperking geven vaker aan dat iemand uit de zorg positieve invloed kan hebben op hun sport- en beweeggedrag. Een actieve maatschappij en beweging als medicijn zijn de sleutel tot een groei in het beweeggedrag van mensen met een beperking.
Jongeren tussen 5-18 jaar met een matige of ernstige beperking lopen achter op sportgebied.
In vergelijking tot de Sport Deelname Index van november 2022 is de sportdeelname van jongeren (5 tot 18 jaar oud) met een ernstige beperking gedaald. Terwijl het juist voor deze doelgroep van groot belang is om in beweging te blijven, mee te kunnen doen en om onderdeel te zijn van de samenleving.
Ongeorganiseerde en incidenteel te beoefenen sporten nog altijd populair
Voor mensen met een beperking geldt dat alleen sporten nog altijd de populairste manier van sporten is. Hierna heeft de verenigingssport het grootste marktaandeel binnen deze groep. Mensen die nog niet sporten, geven echter minder vaak aan een verenigingssport te willen gaan beoefenen. Sporten zoals zwemmen, fitness of wandelen zijn ongeorganiseerd en incidenteel te beoefenen en zijn daarmee sporten die een relatief lage instap bieden voor de niet-sporters.
Bekijk hier het complete onderzoek.
Neem voor meer informatie omtrent het onderzoek contact op met Monica van Harn van Fonds Gehandicaptensport.